Tips

De zon is heerlijk, maar ook voor huisdieren kan ze gevaarlijk zijn. Net zoals mensen kunnen honden en katten verbranden door UV-straling. Vooral op plekken met weinig of dunne beharing, zoals de neus, oren en buik, is de huid kwetsbaar. Hoe herken je zonnebrand bij je dier? Bij zowel honden als katten zie je vaak roodheid, jeuk, schilferige huid of pijn bij aanraking. In ernstige gevallen kunnen blaren ontstaan of zelfs koorts. Vooral dieren met een lichte of dunne vacht, geschoren plekken of witte vacht lopen meer risico.

Plannen om op vakantie te gaan? Dan vraag je je vast af wat je het beste doet met je kat. Het antwoord is simpel: laat haar bij voorkeur thuis, in haar vertrouwde omgeving. Kat thuislaten met oppas: de beste keuze Katten zijn gehecht aan hun eigen omgeving. Veranderingen kunnen veel stress veroorzaken. Een dagelijkse oppas is daarom de meest katvriendelijke oplossing. Kies iemand die je kat kent en vertrouwt, en geef duidelijke instructies over voeding, kattenbak en gewoontes.

Het is zomer, je hond snuffelt vrolijk in de tuin... en plots jankt hij en zie je een zwelling op zijn neus. De kans is groot dat hij gestoken is door een bij. In de meeste gevallen is dat vervelend, maar niet gevaarlijk. Toch is het goed om te weten wanneer je moet ingrijpen.

In de zomer zie je het vaak: een blauwgroene laag op vijvers, meren of sloten. Dat is blauwalg, ook wel cyanobacterie genoemd. Ondanks de naam is het geen alg, maar een bacterie die giftige stoffen produceert. En die kunnen erg gevaarlijk zijn voor dieren.

Plast je kat plots in huis terwijl hij normaal altijd naar buiten gaat of de kattenbak gebruikt? Dat is vervelend, maar vaak is het een teken dat er iets mis is met je kat of zijn omgeving.

Tijdens warme zomerdagen hebben dieren het extra lastig. Ze kunnen moeilijker hun lichaamstemperatuur regelen en zijn dus gevoeliger voor oververhitting. Met een paar eenvoudige maatregelen kun je je dier veel ongemak besparen. Zorg voor schaduw en frisse lucht Laat je dier nooit in volle zon staan. Zorg voor voldoende schaduw of zet het hok of de kooi op een koelere plek.